Als u van plan bent uw kleinkinderen te laten erven, let dan goed op: wat op het eerste gezicht een slimme manier lijkt om erfbelasting te besparen, kan in de praktijk leiden tot een box-3-valkuil die jaarlijks honderden of zelfs duizenden euro’s kost. De Belastingdienst behandelt niet-opeisbare vorderingen van kleinkinderen op hun grootouders volledig anders dan die van kinderen op ouders — en dat maakt het verschil tussen belastingvrij en belastend. In 2025 kan een kleinkind tot €25.490 erfbelastingvrij erven — en als het van zowel oma als opa erft, komt dat op ruim €50.000. Maar hier komt de knoop: de schulden die het kleinkind op zijn grootouders heeft, tellen wel mee als vermogen in box 3. En dat is waar het misgaat.
Hoe box 3 de erfenis verpest
Stel: uw kind heeft een niet-opeisbare vordering op u van €40.000. Dat telt niet mee als vermogen in box 3 — omdat kinderen onder de 18 jaar hun vermogen bij de ouders opgeteld krijgen. De ouders dragen dan het risico, maar als het vermogen van de ouders onder de vrijstelling van €57.000 blijft, betaalt niets belasting. Bij kleinkinderen is het anders. Zij zijn volwassen of worden als zodanig beschouwd. Hun vorderingen op grootouders tellen direct mee in hun eigen box 3-vermogen. En als dat boven de vrijstelling komt? Dan moet het kleinkind belasting betalen — maar het heeft geen inkomen. Dus wie betaalt? De ouders van het kleinkind. Want de Belastingdienst kijkt naar de persoon die het vermogen bezit, niet wie het oorspronkelijk gaf.Het is een onlogisch systeem. De grootouder geeft geld, maar de belasting wordt opgelegd aan de ouders van het kleinkind — die misschien zelf al een volledig vermogen hebben. In 2025 geldt een vrijstelling van €57.000 per volwassene, maar in 2026 daalt dat naar €51.000. Bovendien stijgt het fictieve rendement van 6,04% naar bijna 8%. Dat betekent: als een kleinkind een vordering van €50.000 heeft, wordt er op €50.000 × 8% = €4.000 fictief rendement belasting berekend. 36% van €4.000? Dat is €1.440 per jaar. En dat blijft jaarlijks komen — tot de vordering wordt afgelost of de grootouder overlijdt. Dat is geen eenmalige kosten, maar een doorlopende belastinglast.
De adviezen van de experts
Tax specialist Van der Brug ziet dit vaak gebeuren. "Veel ouders willen hun kinderen gelijk behandelen. Maar als u twee kinderen hebt, en één kind heeft vier kleinkinderen, dan zou dat kind indirect meer erven — tenzij u het systeem slim aanpakt." Zijn oplossing? Laat alle kinderen gelijk erven, maar leg vast dat het oudste kind het geld voor de kleinkinderen uit zijn deel betaalt. "Dan blijft het geld binnen de familie, maar het gaat belastingvrij naar de volgende generatie. De ouders van het kleinkind hoeven geen box-3-belasting te betalen, omdat de vordering nooit bij het kleinkind is opgenomen."Joan Knecht, fiscaal adviseur bij Joan Knecht Fiscale Adviezen, waarschuwt voor een dieper probleem: "De eenmalige voordelen van de erfbelastingvrijstelling kunnen volledig tenietgedaan worden door het jaarlijkse nadeel in de inkomstenbelasting. Het is een valkuil waar veel families in tappen — en pas na jaren merken ze dat ze meer belasting betalen dan ze ooit bespaarden."
De Belastingdienst werkt met een oud model: als je iets geeft, blijft het je vermogen — totdat het bij de ontvanger is. Maar in de praktijk is het anders. De vordering van een kleinkind op een grootouder is geen schenking, maar een toekomstige erfenis. En toch wordt het als actief vermogen behandeld. Dat is waarom ABN AMRO een alternatief aanbeveelt: laat de kleinkinderen hun legaat direct ontvangen van de langstlevende grootouder. Met een bewind tot de 25e leeftijd, waarbij een ouder als bewindvoerder optreedt. Dan wordt de vordering nooit bij het kleinkind geregistreerd — en blijft box 3 buiten de schaal.
Wat verandert er in de komende jaren?
In 2025 zijn de erfbelastingvrijstellingen als volgt: echtgenoot of partner: €804.698; kind en kleinkind: €25.490; achterkleinkind: €2.690. Maar hier is een belangrijke verandering: achterkleinkinderen zijn van groep 3 naar groep 2 verplaatst. Dat betekent dat hun erfbelasting daalt van 30% naar 18%. Een goed nieuws — maar het wordt tenietgedaan door de box-3-lasten.De Tweede Kamer heeft in mei 2025 besloten de lastenverzwaring voor box 3 te schrappen. Dat klinkt goed — maar het verandert niets aan de structuur van de vorderingen. En de veranderingen in box 3 tussen 2025 en 2028 zijn ingrijpend: beleggingen, spaargeld, vastgoed — alles wordt opnieuw gewaardeerd. De Belastingdienst gaat steeds agressiever om met fictieve rendementen. In 2023 was dat 6,04%; in 2026 is het bijna 8%. Dat is een stijging van 32% in slechts drie jaar.
Volgens Fiscaal van Morgen neemt de vraag naar erfenisadvies sterk toe. In een enquête van het Netwerk Notarissen onder 44 van de 150 aangesloten kantoren bleek dat kleinkinderen steeds vaker voorkomen in testaments. Maar de meeste notarissen waarschuwen: "Als u niet weet hoe u het vermogen verdeelt, betaalt u uiteindelijk meer belasting dan u denkt."
Wat kunt u doen?
U hebt drie opties:- Laat alleen de langstlevende grootouder erven — dan wordt de vordering nooit bij het kleinkind geregistreerd.
- Geef het geld via het oudste kind — laat alle kinderen gelijk erven, maar zorg dat het oudste kind het geld voor de kleinkinderen uit zijn deel betaalt.
- Gebruik een bewind — laat de kleinkinderen hun legaat direct ontvangen, maar met een bewind tot 25 jaar, waarbij een ouder als bewindvoerder fungeert.
Wat u ook kiest: maak het vast in een testament. En laat het controleren door een fiscaal adviseur. Want een goed testament is geen vormality — het is een financieel instrument. En in de huidige box-3-wereld is het verschil tussen slim en dom vaak een paar honderd euro per jaar — over tien jaar: duizenden.
Frequently Asked Questions
Waarom telt een vordering van een kleinkind op grootouders mee in box 3, maar niet die van een kind op ouders?
De Belastingdienst ziet kinderen onder de 18 als financieel afhankelijk van hun ouders — hun vermogen wordt daarom bij de ouders opgeteld. Kleinkinderen worden als zelfstandige belastingplichtigen beschouwd, zelfs als ze jong zijn. Hun vorderingen op grootouders tellen dus mee in hun eigen box 3-vermogen, wat kan leiden tot belasting als het boven de vrijstelling komt.
Kan ik de box-3-belasting vermijden door jaarlijks geld te schenken aan mijn kleinkinderen?
Ja, maar het is geen slimme oplossing. Jaarlijkse schenkingen tot €2.500 per persoon zijn vrijgesteld van schenkbelasting, maar het creëert een administratieve last en kan leiden tot ongelijkheden binnen de familie. Bovendien verlaagt het uw eigen vermogen, wat de box-3-belasting op uw eigen bezittingen kan verhogen. Het is een tijdelijke bandage, geen oplossing.
Wat gebeurt er als mijn kleinkind het geld van de grootouder niet ontvangt omdat de grootouder eerder overlijdt?
Als het geld niet is overgedragen en het kleinkind geen vordering heeft, dan telt het niet mee in box 3. Maar als het testament een vordering vastlegt, blijft die bestaan — zelfs als de grootouder eerder sterft. De vordering wordt dan opgeëisde erfenis en valt onder de erfbelasting, niet box 3. Daarom is het cruciaal dat het testament duidelijk is over de aard van de overdracht.
Is het waar dat achterkleinkinderen nu minder erfbelasting betalen?
Ja. Per 1 januari 2025 zijn achterkleinkinderen verplaatst van groep 3 naar groep 2, waardoor de erfbelasting daalt van 30% naar 18%. Dat is een aanzienlijke vermindering — maar het nadeel van box 3 kan dit voordeel ruim compenseren, vooral als het kleinkind een grote vordering heeft die jaarlijks belast wordt op een fictief rendement van bijna 8%.
Moet ik een notaris inschakelen voor een erfenisplan met kleinkinderen?
Zeker. Een notaris kan niet alleen een geldig testament opstellen, maar ook de fiscale gevolgen analyseren. Met de veranderingen in box 3 en de complexe regels rond vorderingen, is een professionele begeleiding niet een luxe — het is een noodzaak. Zonder advies loopt u het risico dat uw goedbedoelde erfenis uiteindelijk meer kost dan het oplevert.
Wat is het belangrijkste risico als ik niets doe?
Het grootste risico is dat u onbedoeld een doorlopende belastinglast creëert waar niemand op voorbereid is. Een kleinkind dat €50.000 erfde, kan jaarlijks €1.400 aan box-3-belasting moeten betalen — via zijn ouders. Dat duurt tot de vordering wordt afgelost of de grootouder overlijdt. In tien jaar: €14.000 aan belasting die u nooit wilde betalen — en die de erfenis volledig kan opslorpen.